Eerder deze week werd ik getagd in een bericht op twitter. “OMG, heb je dit gezien?!” Het bleek een post van een “autism parent educator”. Even dacht ik dat er “autism parent” stond, maar blijkbaar hebben de twee overeenkomsten: ze denken veel te weten, maar luisteren naar mensen met autisme doen ze niet. Zie hieronder de tweet in kwestie.
Nu vind ik mensen die hun eigen uitspraken tot quote-plaatjes knutselen sowieso verdacht, maar die tweet slaat alles. “Lining up toys is a classic characteristic of Autism Spectrum Disorder (ASD)”, ja, oké, klopt, maar dan: “To help develop their play, switch up their playing style by interrupting their routine.”
Bish wut?!
Stel je voor. Een autistisch kind zit rustig met autootjes te spelen. Alle Toyota’s bij elkaar, alle rode auto’s in een rij, alle voertuigen vóór 2000 in een aparte categorie… En dan komt daar dat mens. De boel door elkaar gooien. Ik denk dat mijn “playing style” snel zou zijn overgeslagen naar met autootjes góóien.
Beter spelen
Zoveel vragen. Allereerst, wat wil ze hiermee bereiken? “Develop their play?” Develop into wat? Is er een betere manier van spelen? Is sorteren een slechte eigenschap? Marie Kondo doet het toch best prima.
Maar even zonder dollen, het idee is natuurlijk dat die kids socialer gaan spelen. Vadertje en moedertje, of zo. Want sociaal, dat is goed. Of zo.
Waar deze dame even helemaal aan voorbij gaat, is het autistische kind zelf. Sociaal doen is voor ons vaak een uitdaging, dus mogen we dan alsjeblieft tijdens speeltijd, onze vrije tijd, doen wat we willen? Heeft deze dame enig idee hoe gelukkig het ons maakt, als alle autootjes gesorteerd zijn op jaartal, kleur of merk? Heeft ze überhaupt enig idee wat de gedachte achter de sortering is? Heeft ze ooit wel eens iets aan het kind gevraagd?
De wereld op z'n kop
Ik werd heel gelukkig van de comments. Reactie na reactie maande haar dit toch alsjeblieft niet toe te passen, omdat onze manier van spelen óók gewoon valid is. Mensen vertelden hoe hun voorliefde voor sorteren op kleur nu nog steeds van pas komt in hun artistieke beroepen. Mensen vertelden hoe ze als kind genoten van hun verzamelingen, hun rijtjes en lijstjes en systemen. Mensen vertelden hoe visuele orde ze rust gaf, en nog steeds geeft, in periodes van stress. Rust in hun hoofd; eindelijk iets dat klópt, dat klikt, dat helpt met het opruimen van razende prikkels en de ervaringen van de dag.
Sommige mensen maakten grapjes, of draaiden de boel om: “Als je ouder afspraken structureert in een (digitale) agenda of planner, probeer hun routine dan eens te doorbreken door wat geelgekleurde afspraken te deleten” en “Chaotisch spelen is een kenmerk van Neurotypisch-heid. Probeer dat te doorbreken door je kind wat structuur bij te brengen.”
“Wees geen pestkop!”, piepte de dame. Typisch. Ons spel verstoren is de bedoeling, maar andersom is het pesten? Zucht.
Interessant artikel. Wat ik nog mis is dat esthetisch spel (waar mooi ordenen onder valt) een hele normale manier van spelen is voor alle jonge kinderen. Fijn zo’n ‘educator’ die dat problematiseert.
Ik ben als moeder jou boek aan het lezen <om meer over mijn dochter te leren .Maar ook kom ik mijzelf hierin tegen.Dit is een goed te begrijpen boek.Bij mij loopt het ook niet gestroomlijnd,maar dat hoeft ook niet.Ik ben een chaoot en zo blijf ik ook.Soms ben ik rustig maar met overprikkeling en druk van buitenaf ,ben ik weer de chaoot die ik ben.Ik vind het niet erg.Ben voor mijzelf niet saai.IK LEEF.t,is de andere die mij afleidt,in positieve zin.Ik heb ze nodig .Maar anderen zijn in negatieve zin ook de hel.Ken je plek als het niet fijn voelt ,neem ik afstand.
Wat dacht je dan van PRT? Dat “het centrale probleem” aanpakt nl. “gebrek aan motivatie tot interactie”? Door een soort dwingen tot aankijken, vóór je als kind die bal krijgt waarmee je wilt spelen, bijv.
Zelfs kinderpsychiater Wouter Staal is helemaal voor dergelijke praktijken.
Pfft gebrek aan motivatie tot interactie… gebrek aan motivatie om overprikkeld te raken!
Ik heb zelf autisme en in een dag je boek uitgelezen, vroeg me zelfs af of ik tijdens mijn slaap een boek had geschreven, zo herkenbaar.
Mijn zoon zit in het diagnose traject en zet al van kleins af aan auto’s op een rij, ze rijden een rondje en sluiten weer netjes achteraan. Inmiddels maakt hij ook naast elkaar rijtjes en prachtige patronen, daarna moet volgens hem een gevecht tussen de auto’s beginnen, maar zover komt hij nauwelijks, hij is zolang bezig met het juist neerzetten. Maar hij zit zo heerlijk te spelen, dat ga je toch niet doorbreken? Ik weet wel wat er dan gebeurt: rondvliegende auto’s en een woest kind die vervolgens de hele tijd mijn aandacht nodig heeft.