Voor wie zin heeft een lang verhaal te lezen

Ik keek gisteren in de spiegel, mijn haar zat wonderbaarlijk goed. Zo’n Khloe-kick, aldus Nikkie, maar dan vanzelf. Ik voel me niet dik, mijn kleding zit eerder te wijd dan te strak. Mijn huis is geweldig. Jep, het is tijd voor een algeheel neerslachtig gevoel.

IMG_7469

Waarom? Dat weet ik eigenlijk ook niet. Ik woon weer praktisch alleen. U denkt nu, hoe dan, je ging toch met Maarten verhuizen? Da’s waar, of nou ja… Maarten werkt hier in de buurt, maar dit huis is eigenlijk zijn tweede huis. Hij heeft z’n eerste huis ook nog. Je weet wel, dat huis dat al twee jaar te koop staat. Waar we elkaar continu op elkaars lip zaten, waar we bij vlagen gék werden van elkaar. Ik zag dit geweldige huis, ook praktisch voor Maarten, en we huren het samen. Maar we spraken af: deze toko is míjn verantwoordelijkheid, de andere toko de zijne.

Gevolg: ik ben vaker alleen. Da’s goed. Dat wilden we ook. Helemaal prima. Maar toch voel ik me een beetje wankelen. Een gebrek aan structuur – structuur waar ik eerst gek van werd, maar die ik nu mis. Ik doe mijn best om zelf structuur aan te brengen, maar ik ben zo’n persoon die met kleding aan in slaap valt en dan denkt, fuck it, deze trui is ook best een pyjama. Iemand die leeft met twee borden, twee messen, twee lepels en geen koelkast. Natuurlijk, dat komt allemaal nog. Althans… Ik ken mezelf, ik weet dat van uitstel afstel komt, en ik maak mezelf tegelijkertijd gek met onuitgevoerd perfectionisme.

IMG_7483

Ik ben altijd al een beetje problematisch geweest. Een eetprobleem tien jaar geleden, depressieve periodes, verschillende sessies bij psychologen, EMDR… De laatste diagnose is Asperger. Die kreeg ik zo’n drie jaar geleden, en die klopt. Bij de eetstoornis had ik altijd een gevoel van: “Dit ís het niet.” Ja, ik at slecht. Maar dat was het niet. Dat was een symptoom. Ik had geen structuur en ik was doodsbang voor sociale situaties. Snoep werd mijn beloning.

Van die eetstoornis ben ik hartstikke genezen. Je hoort vaak dat dat niet kan, dat je er je hele leven last van blijft houden, maar ik zie mezelf graag als een uitzondering. Ja, mijn eetpatroon vliegt wel eens uit de bocht qua structuur, maar zo ellendig als ik me toen voelde wil ik me nooit meer voelen. Dus hup, weer terug in de bocht, en doorgaan.

De laatste depressieve periode verdween min of meer, toen ik meer leerde over Asperger. Van twee dagen werken in de week ben ik naar een meer dan fulltime baan gegaan. Begrijp me niet verkeerd, ik heb nooit een uitkering gehad of zo. Twee dagen werken als fotograaf was voldoende om de rekeningen te betalen. Daarna was ik uitgeput, maar dat zagen mensen niet. Nou ja, op Maarten na dan. Ook één van de redenen dat het tussen ons in dat kleine huisje wat lastig ging, want erg gezellig is het niet. Dooie Toeps op de bank.

Terwijl ik dit schrijf, weet ik nog niet eens zeker of ik dit bericht wel wil posten. Asperger, oh jeetje. Ken je die reclame van SIRE, over die hulplijn voor mensen die géén psychische stoornis hebben? “Oh, dus jij hebt AU-TIS-ME?!” Daar ben ik een beetje bang voor. Of nou ja, niet precies daarvoor. Maar voor vooroordelen.

IMG_7484

Want hoewel de fashionwereld vól zit met ongediagnosticeerde autisten, borderliners en narcisten, zul je zien dat mensen het tegen me gaan gebruiken. Is er een onduidelijke afspraak? “Oh, dat heb je dan vast verkeerd begrepen!” Heb ik een afwijkende mening? “Ja, jij kan je niet inleven, dat snáp jij gewoon niet!” En ik kan ook al niet heel snel uit mijn hoofd de wortel van 19533025975 uitrekenen. Damn.

Wat Asperger voor mij inhoudt, is een struggle met structuur, een overgevoeligheid voor herrie, geuren en slecht licht, en een enorme behoefte aan duidelijkheid. Spreken we af om vier uur, dan ben je er om vier uur. Niet om tien over vier. Wat Asperger misschien nog wel meer inhoudt, is de moeite die ik heb met sociale contacten. Sommigen van jullie zullen zeggen: “Nooit gemerkt!” Anderen spotten het direct.

Als je met mij praat, vliegen mijn ogen alle kanten op. Ik zie het wel eens terug op een filmpje, bijvoorbeeld bij een interview. Tegenwoordig weet ik het, probeer ik erop te letten en maak ik me niet zo druk meer. Het zou kunnen dat het op sommige mensen een vreemde indruk maakt, mijn “flipperkast-ogen”, maar dat is dan maar zo. Toch, ik let er wel op, en dat kost energie. Een heleboel energie. Net als mensen die me op het verkeerde been zetten. Mensen die grapjes maken, zo van: “Jeetje, heb je nou nog steeds maar één mes?” Hoe moet ik daarop reageren? “Nee, ik heb er twee!” Eh.

Eén ding heb ik inmiddels wel geleerd: structuur is fijn. Kantoordagen zijn fijn, want die hebben een duidelijk begin en einde. Die hakken de dag in behapbare delen, zodat ik niet, zoals nu, één groot weekend heb. Wat moet ik in hemelsnaam doen met 48 uur? Te veel! Te groot! Vrije tijd? I hate it.

Wat ook wel helpt, is zelfacceptatie. Vergeleken met drie jaar geleden ben ik een stuk aardiger voor mezelf geworden. Nog steeds ben ik vrij hard, want ik wil geen uitkeringstrekker worden, ik wil mezelf bewijzen en onafhankelijk zijn. Maar ik weet wel dat ik oké ben. Ik heb een beetje een zwalkend brein, soms een beetje deze kant op, soms een beetje de andere kant op… Maar het is oké. Ik heb vrienden, ik heb werk, en het is datzelfde gekke brein dat me slim maakt, me ideeën geeft en plezier oplevert. Dus hey, algeheel lamlendig gevoel. It’s okay. Ik ga gewoon even lekker structuurloos in huis zitten, de hele dag niet naar buiten en dat geeft niet. Al ga ik misschien zo wel even vliegtuigjes kijken op Schiphol. Lekker autistisch.

11 reacties op “Voor wie zin heeft een lang verhaal te lezen”

Je kunt niet meer reageren.