Het is zondag, autismeweek is ten einde en mijn boek is goed en wel gelanceerd. Gisteren liep ik zingend door Riemers huis, blij met alle lucht die plots in mijn leven was teruggekeerd. Na een jaar van continue deadlines hoefde er nu plots weinig meer. Een paar websitejes bouwen, een paar shootjes bewerken… Mijn oude leven leek plots een eitje.
Het was me het weekje wel. Eigenlijk begon het circus al op 28 maart, toen er een paginagroot interview met mij en Zjos in de Metro verscheen. Diezelfde middag was ik op 3FM. Daarna volgde radio NH (Noord-Holland, in Amsterdam). Omdat ik toch in Amsterdam was, ging ik die avond een hapje eten met vriendinnetje Veerle. Even ontsnappen uit de gekte.
In het weekend bereidde ik me voor op de lezing die ik woensdag zou houden in Eindhoven. Met Riemer liep ik een rondje door de stad, maar door alle prikkels was ik helaas de volgende dag ziek. Zondag lag ik in bed met een migraine die maandag ook nog doorzeurde.
Maandag moest ik echter wel weer aan de bak. Ik veranderde op verzoek wat dingen op aan de website van een klant, en ik deed twee telefonische voorgesprekken voor de volgende dag. Dinsdag was namelijk launch-day, en gekkenhuis.
Het begon ‘s morgens: ik was te gast bij Ask My Anything, de show van Jörgen Raymann op BNR. Een uur lang beantwoordde ik, samen met een man van AutiTalent, vragen van luisteraars. Omdat ik nog niet zeker wist of ik naar huis kon (ik stond “in optie” voor een tv-programma, maar later bleek dat ze het toch liever over Kees wilden hebben…), bleef ik in Amsterdam hangen. Ik lunchte met Hannah, en begaf me daarna naar een Amsterdamse vestiging van The Student Hotel voor een telefoongesprek met radiozender FunX. Omdat ik op dat moment nog steeds niet wist of het tv-programma doorging, besloot ik maar naar huis te gaan. Ik moest later die avond namelijk ook nog naar Radio 1. Het bleek de juiste keuze. Riemer reed me naar Hilversum, waar ik aanschoof bij Langs de Lijn.
“Hoe ging het?”, vroegen Riemer en de producers toen ik de studio uitkwam. Ik had geen flauw idee. “Ik heb een beetje op automatische piloot lopen raaskallen, volgens mij?” Toen we het fragment in de auto terugluisterden, bleek dat 100% mee te vallen. Ik was gewoon zo moe, dat mijn zelfreflectie het niet meer deed. Snel dook ik thuis mijn bed in, want ik wilde nog even mijn rust pakken voordat ik in Eindhoven op het podium moest.
Ik was zo slim om een hotel te boeken, die volgende avond. En Charlotte, om mijn make-up te doen. Charlotte zou ook blijven slapen bij mij in The Student Hotel, dus we maakten er meteen een klein feestje van. (Ik word trouwens niet gesponsord door The Student Hotel, haha. Andersom eigenlijk: ik sponsor hen. Ik huur een werkplek in Den Haag, en daarmee kan ik ook gebruik maken van hun diensten en speciale aanbiedingen in andere steden. Super handig, en toch ook een soort van bekend terrein.)
Onderweg naar Eindhoven bleek er weer eens een trein gestrand te zijn op de hogesnelheidslijn. Ik moest om via Dordrecht, een boemeltreintje via onder andere Lage Zwaluwe en dan vanaf Breda weer precies dezelfde HSL-trein, maar dan een uur later. NS-logica. Dus toen ik aankwam in mijn hotel, was ik aardig dood. Mijn hoofd begon te bonken en ik dacht, kut. Ik moet vanavond die lezing nog. En daarvoor moest ik nog een telefonisch interview met de Flair.
Even dacht ik eraan om het interview te verzetten, maar dan zou ik daar weer over gaan zitten stressen. Dus ik liet het maar gewoon doorgaan. De leukste journaliste ooit belde me, en we hebben een uur en een kwartier aan de telefoon gehangen. Ze had het hele boek gelezen, en stelde me vragen waar ik echt over na moest denken. Wat een verschil met een journaliste die ik eerder sprak, die kort naar de inhoudsopgave had gekeken en vervolgens dacht dat ik kinderen had: “Hier staat autism mum, toch?” Na het Flair-interview was mijn hoofdpijn op wonderbaarlijke wijze verdwenen. Op naar Igluu, voor mijn lezing!
Ik was niet de enige spreker, ook Judith Visser kwam over haar boek vertellen. Zondagskind heet het, en het gaat ook over autisme, maar dan in roman-vorm. Wederom had ik geen idee hoe het ging. Na afloop signeerde ik boeken. Ook daarvan had ik geen idee. Hoe signeer je boeken, eigenlijk? De eerste paar boeken signeerde ik behoorlijk snel, omdat ik me schuldig voelde ten opzichte van de rij wachtende mensen. Maar toen mijn rij opgedroogd was, en ik bij Judith nog tien mensen zag staan, besefte ik dat ik het verkeerd deed: ik kon, net als Judith, veel meer tijd aan mensen besteden! De volgende klanten hoorde ik uit: Hoe ben je hier terechtgekomen? Waar ken je mij van? De antwoorden waren fascinerend. Zo vertelde één dame dat ze kwam omdat haar man me op de radio had gehoord, bij Radio 1, en dat ik daar zulke zinnige dingen zei. (Zie je, zei ik tegen mezelf, viel het toch alles mee!) Een ander had mijn interview in het AD doorgestuurd gekregen. Af en toe drong het tot me door hoe bijzonder het was: ik heb een echt boek geschreven, en mensen kopen het nog ook!
Na de signeersessie vertrokken Charlotte en ik naar het hotel. De avond ging nog verder, maar ik had afgesproken dat ik eerder weg zou gaan. Overprikkeling en zo. We praatten nog even na en ik sliep vervolgens als een roosje.
De volgende ochtend vertrok Charlotte vroeg naar een afspraak. Ik mocht nog tot 12:00 in de hotelkamer blijven, dus ik besloot daar mijn volgende telefonische interview te doen: met Opzij. Ik vertelde over autisme bij vrouwen en de vooroordelen waar wij tegenaan lopen. Omdat deadlines nu eenmaal deadlines zijn, corrigeerde ik in de trein naar huis het uitgewerkte interview van die ochtend.
Vrijdag ging ik bij Blossom Books langs. Niet om taart te eten of zo, al at ik een gigantische cronut met bakkersroom en roze glazuur, maar om aan de nieuwe website te werken. (Die bouw ik voor ze, namelijk.) Omdat ik er toch was, verstuurden we nog een stapel gesigneerde boeken naar iedereen die aan mijn boek heeft meegewerkt. In de middag ging ik op bezoek bij Aafke, die op kantoor wat muziek zat te programmeren. Ik werkte mijn mailbox bij, want dat was er de afgelopen week een beetje bij ingeschoten. Ik las superlieve mailtjes van lezers, kennissen en mijn oude hbo-opleiding. Zo tof.
En toen was het dus zaterdagochtend. Ineens voelde alles helderder, lichter en fijner. Het is af. Het is klaar. Nou ja, klaar, er komen natuurlijk nog wel interviews, ik heb nota bene vanmiddag nog een talkshow in Utrecht. Maar het ging goed. Het is goed. Het is goed.
Je blogs zijn zo fijn om te lezen, ‘lopen’ zo lekker! Ik wil even tegen je zeggen dat ik zo blij ben voor je en het zo knap vind hoe je dit allemaal doet, mét die overload aan prikkels en migraine. En migraine mensen, is killing kan ik je vertellen …dikke knuffel! xxx
Wat een drukke dagen! En wat een prestatie! Proficiat!
Hoi Bianca, Ik heb net jouw boek uit. Voor mij erg verhelderend als niet autist. Ik heb wel een vraag voor je, waar je misschien weer een stukje over kunt schrijven. Hoe zou, Volgens jou, de wereld er uit zien als autisten in de meerderheid zijn en de niet autisten de kleine minderheid. Waar zou die minderheid dan tegenaan lopen? Lijkt me leuk jouw ideeën daarover te horen. Groetjes, Mirjam
Mirjam, ik zelf denk dat je een hele moeilijke vraag hebt gesteld, omdat mensen met autisme net zoveel van elkaar verschillen als alle andere mensen.
Ik vind het wel een leuke en interessante vraag!
Misschien dat mensen meer op hun tenen zouden lopen doordat ze meer rekening met anderen houden? Of dat ze wat beter gebruik zouden maken van wat we goed kunnen?
Oh, en we zouden veel stillere koelkasten en airco’s hebben, dat ook
Mensen zouden het ok vinden als je overprikkelt raakt en gewoon even in een hoekje kruipt en je afsluit. Zonder aan je te gaan sjorren en vragen wat er mis is, wat alleen maar voor meer prikkels zorgt.
Gister je boek gekocht in Sittard bij Wim Krings, waar het een mooi plekje had gekregen. Het is een prettige mix tussen theorie, jouw commentaar erop – hè hè eindelijk iemand die haar mening geeft – en je eigen ervaringen. En ik vind je humor geweldig, inderdaad is een Roemeens weeshuis tè prikkelarm. Ik lees met plezier verder voordat ik het doorgeef aan mijn dochter en mijn man als leesvoer. En inderdaad, ze zien er heel gewoon uit ….
Ik volg je al een tijdje.
Wat schrijf je leuk, interessant, en vol energie. Ik leer veel van je. Voel me thuis bij de onderwerpen die je beschrijft.
Dank je Toeps, voor regelmatig een lach,in de herkenning, ga vooral zo door!
Ik wens je alle succes, verander de wereld!
Een trotse moeder, van een prachtige zoon met ass.