Lepeltje lepeltje

Er is een analogie die mensen met een chronische ziekte, of andere aandoeningen die energie kosten, vaak gebruiken: die van de lepels. Het is het verhaal van een dame die aan haar vriendin probeerde uit te leggen hoe het is om te leven met haar aandoening, in een restaurant zat, om zich heen keek en alle zichtbare lepels van tafel griste. “Hier, dit is je hoeveelheid energie”, zei ze. “Alles wat je doet kost een lepel.”

Ik was nooit echt een fan van de lepeltheorie, omdat ‘ie in mijn ogen onnodig complex was. Je kunt ook gewoon zeggen dat je een bepaalde hoeveelheid energie hebt, daar hoef je geen lepels bij te halen, zo dacht ik. Toch betrap ik mezelf erop dat ik de laatste dagen steeds aan lepels denk. Misschien is het dankzij de lepels dat ik mijn vlucht naar Tokio redelijk goed heb doorstaan, zonder hoofdpijn of jetlag from hell. (Oké oké, mét rugpijn from hell, maar goed, je kunt niet alles hebben.)

En door

Van mezelf ben ik een doordouwer. Het liefst rond ik een proces in één keer af, en ga ik daarna pas plassen, eten, drinken of slapen. Vlucht geland? Eérst door de immigrations, langs de douane, met de trein en dan, eindelijk, bijna voor de deur van Sakura House, koop ik eens een flesje ijsthee. Zelfs al is er geen tijdsdruk, en ben ik juist te vroeg, dan nog wacht ik liever ter plekke voor een dichte deur, dan dat ik pauzes neem.

Wat mijn bagage betreft doe ik ongeveer hetzelfde. In plaats van rustig een karretje te pakken, haast ik me door de terminals met mijn cameratas over mijn schouder, en mijn rugzak op mijn rug. Door, door, doorrr!

Dat moet anders, zo bedacht ik me donderdag. Ik wist dat ik een heel lange dag voor de boeg had, en dat ik, zodra mijn “lepel-saldo” in de min zou belanden, dat zou moeten bekopen met hoofdpijn. Al in de vertrekhal op Schiphol was ik redelijk overprikkeld, en toen moest ik nog zo’n eind. Tijd voor lepelmanagement.

Kalm aan en rap een beetje

Ik laadde mijn handbagage op zo’n karretje. Het oogt misschien wat bejaard, maar mijn rug was me dankbaar. Ik betrapte mezelf op de denkfout: “Oh, ik haal straks in Parijs wel even wat te eten” en kocht tegen heug en meug een broodje BLT bij Starbucks. En een flesje water, want ik drink ook altijd veel te weinig als ik in mijn doorrr-modus zit. Het bleek een goede keuze, want mijn vlucht was vertraagd, en in Parijs had ik net even vijf minuten om te plassen (autistisch Toepshoofd: “dat doe ik later wel” – lepelmanager: “nee, dat doe je nu”), voordat ik moest boarden voor de vlucht naar Tokio.

Mijn stoel bleek stuk. Mijn perfect uitgezochte nooduitgangstoel bleef niet in de rechtopstaande positie staan, maar veerde naar achteren. “Dit wordt hoofdpijn”, dacht ik. Ik investeerde een dure lepel en sprak de stewardess aan. Omdat ik dit nog op de grond deed, kon er een mannetje van de technische dienst komen, die de stoel fixte. Eén lepel geïnvesteerd, minstens vier lepels bespaard. Top.

Eenmaal aangekomen in Japan deed ik het rustig aan. Eerst naar de wc. Handbagage weer op een karretje. Door de immigrations, langs de douane… Tijd om mijn koffers naar de bezorgdienst te brengen. Omdat ik mijn cameratas op dat moment aardig zat was, besloot ik in de aankomsthal mijn koffers op de grond te leggen, wat te puzzelen met de inhoud en zo in plaats van een zware camera, een set extra kleren mee te nemen. “Oh em gee Toeps, dus je deed je camera in je koffer, en die liet je bezorgen?!” Jep. Hij is niet gestolen. Kostte misschien één lepeltje, bespaarde er zes.

Goed, je snapt het idee. Lepelmanagement. Natuurlijk, je moet die ene lepel hebben om te investeren. Maar met het concept van lepels in mijn hoofd, in plaats van het vagere “energie”, ben ik plots een stuk gieriger. Alsof ik 11 ben, en we het over rijksdaalders hebben.

draken bevechten

In het vliegtuig luisterde ik een podcast, waarin het onder andere ging over anxiety. Schijnbaar hebben vrouwen meer aanleg voor angstigheid: een bijverschijnsel van onze capaciteit om kinderen te baren. Angst als soort van lelijk broertje van het moederinstinct, of zo. Ik wil niet eens kinderen, maar ook ik word nogal eens overvallen door angst. Thanks, Moeder Natuur.

Vervolgens ging het erover wat hiertegen zou helpen, want als die angst in je natuur zit, hoe kom je er dan vanaf? “Niet de angst verminderen, maar de moed vergroten”, was het antwoord. Het gaat er niet om dat je niet meer bang bent, maar dat je de moed hebt om tóch te gaan. De positieve ervaringen die je daarvoor terugkrijgt, verminderen op termijn de angstklachten.

“Oké Toeps, leuk allemaal, maar wat heeft dat met lepels te maken?” Nou, ik zat te denken. Waar haalt iemand moed vandaan? De podcast had het over zelfvertrouwen. Maar ik dacht: lepels. Je hebt energie nodig om je draken te verslaan. Een grote eindbaas-draak, zoals een metrorit en zoektocht naar een nieuwe kamer in een voor mij onbekende buurt, verslindt nogal wat lepels. Maar ik at, en dronk, en rustte, en plande, en ik had er genoeg. Draak verslagen. Toeps gearriveerd.

7 reacties op “Lepeltje lepeltje”

  1. Jamie schreef:

    Moet zeggen, de lepel theorie heeft mij ook best geholpen. Alleen de laatste tijd wat meer moeite met inschatten hoeveel lepels activiteiten kosten en dan dus ineens geen lepels meer hebben…

    Goed om te horen dat de reis redelijk goed is verlopen!

  2. chantal schreef:

    Jaa lepeltheorie! Het werkt ook met knikkers, of taartpunten, aldus mijn psycholoog ;) vind het een fijn hulpmiddel om mijn energiehoeveelheid wat concreter te maken. Al dacht ik in eerste instantie ook wel ‘nou het zal wel’.

  3. Jamie schreef:

    Knikkers zijn ook een goede, ja! Alleen nog steeds zo lastig inschatten hoeveel knikkers ik heb aan het begin van de dag en hoeveel knikkers/lepels/taartpunten iets me kost…
    Gelukkig heb ik binnenkort een intake met een psycholoog en psychiater en dus weer therapie. Hopen dat ik er dan beter inzicht in ga krijgen!

  4. Nienke Posthuma schreef:

    Voor mij werkt die lepel-theorie vooral heel goed om aan andere mensen uit te leggen waarom ik iets wel of niet kan. Zelf snap ik het wel en weet ik welke keuzes ik moet maken, maar voor anderen is dat soms onduidelijk en onlogisch.

  5. Jacqueline schreef:

    Wel nodig, maar nog steeds geen fan van die speltheorie. ;-)

  6. W schreef:

    Je verhaal klinkt herkenbaar maar ook al iets wat ik ergens automatisch doe..en pas na dat ik iets heb gedaan realiseer ik me dat ik door die actie de situatie overleefd heb en er alleen wat ‘geaggiteer’ te zien is voor de buiten staander.. terwijl ik druk bezig ben met lepel management.. hoe overleef ik dit zonder daar overigens bewust bij stil te staan en over na te denken, ik doe gewoon want als ik denk dan bevries ik en weet ik het niet meer.. en raak ik in een soort paniek.. dus gewoon doen werkt voor mij.. dan kom ik er wel.. later komt het besef.. oeps of oh yes ik heb het gewoon gered ondanks.

  7. Sanne schreef:

    Heel herkenbaar dat alsmaar doorgaan zonder eten, drinken en pauze. En dan aan het eind van de activiteit of dag helemaal uitgeput zijn. Goede tip ‘lepelmanagement’. Alleen hoe kom ik erachter met hoeveel lepels ik de dag begin?

Je kunt niet meer reageren.